Meisjesvest van Sammy

Materiaal: Scheepjes Sammy donkerblauw (105) 2–2–3 bollen, groen (120) 1 bol, lichtblauw (114) 1 bol, paars (112) 1 bol, geel (119) 1 bol, roze (118) 1 bol, breinaalden nummer 4½ en 7.

Stekenverhouding: 19 steken en 24 naalden met enkele draad en naalden nummer 4½ en 14 steken en 19 naalden met dubbele draad en naalden nummer 7 in tricotsteek gebreid, zijn 10 x 10 m. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.

Gebruikte steken:

Boordsteek 1 (verkeerde kant): *2 steken averecht, 1 steek recht, herhaal vanaf *. Alle volgende naalden: breien zoals de steken zich voordoen.

Boordsteek 2: Afwisselend 2 steken recht en 2 steken averecht.

Tricotsteek: Recht op de goede, averecht op de verkeerde kant.

Ribbelsteek: Alle naalden recht.

Streeppatroon in tricotsteek: 12–12–14 naalden groen, 12–12–14 naalden lichtblauw, 12–12–14 naalden paars, 12–12–14 naalden geel, 12–12–14 naalden roze, 12–12–14 naalden paars, 12–12–14 naalden lichtblauw en verder met groen.

Werkwijze: De kleur donkerblauw wordt steeds met dubbele draad en naalden nummer 7 gebreid. De overige kleuren worden gebreid met enkele draad en naalden nummer 4½.

Rugpand: Zet met naalden nummer 7 en donkerblauw 47–50–56 steken op en brei 7–8–8 cm boordsteek 1. Brei verder met naalden nummer 4½ het streeppatroon in tricotsteek, meerder in de 1e naald verdeeld tot 72–78–86 steken. Meerder bij 26–28–30 cm hoogte voor de mouwtjes 18–22–24 x 1 steek aan beide kanten van elke 2e naald. Kant bij 40–43–47 cm hoogte alle steken af.

Rechter voorpand: Zet met naalden nummer 7 en donkerblauw 26–29–32 steken op en brei boordsteek 1. Brei op 2 cm hoogte een knoopsgat. Kant hiervoor de 3e steek af en zet deze er in de volgende naald weer bij op. Brei bij 7–8–8 cm hoogte verder met naalden nummer 4½ in streeppatroon en de volgende indeling: 7 steken ribbelsteek voor de sluitbies (deze 7 steken over de gehele lengte door breien), meerder op de overige steken verdeeld tot 29–32–35 steken. Brei in de sluitbies nog een knoopsgat op 11–11–12, 20–20–22 en 29–30–32 cm hoogte. Kant voor een knoopsgat de 4e steek af en zet deze er in de volgende naald weer bij op. Meerder aan de zijnaad voor het mouwtje als bij het rugpand. Kant bij 35–38–41 cm hoogte voor de hals 1 x 10–11–12 steken af. Kant in elke volgende 2e naald nog 1 x 3, 1 x 2 en 3 x 1 steken af. Kant de steken voor de schouder op dezelfde hoogte af als bij het rugpand.

Linker voorpand: Brei het rechter voorpand in spiegelbeeld, maar zonder knoopsgaten.

Mouwen: Zet met naalden nummer 7 en donkerblauw 26–29–29 steken op en brei boordsteek 2. Meerder voor de mouwwijdte 4–4–6 x 1 steek aan beide kanten van elke 8e–9e–7e naald. Kant bij 22–24–26 cm hoogte alle steken met een grotere maat breinaald soepel in boordsteek af.

Afwerking: Sluit de schoudernaden. Naai de bovenkant van de mouwen uitgerekt aan de mouwopeningen. Sluit de mouw- en zijnaden. Neem met naalden nummer 7 en donkerblauw langs de hals 56–59–62 steken op en brei 5 naalden boordsteek 1. Brei hierbij boven de rechter sluitbies in de 2e naald nog een knoopsgat. Kant in boordsteek af. Naai de knopen aan.