Meisjesvest van Roma en Lizzy

Materiaal: Scheepjes Roma grijs (1622) 5–6–6 bollen, Lizzy zilver (02) 8–8–9 bollen, haaknaald nummer 4.

Stekenverhouding: 20 steken en 12 toeren met 1 draad Roma en 1 draad Lizzy in patroonsteek 1 gehaakt, zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig een andere haaknaald.

Gebruikte steken:

Haakpatroon: Haak volgens teltekeningen 1 en 2. o = losse, I = vaste, † = stokje.

Werkwijze: Het gehele vest wordt met 1 draad Roma en 1 draad Lizzy gebreid.

Rugpand: Haak 72–77–82 lossen en haak hierop telpatroon 1. Minder aan de zijnaden 3 x 1 steken aan beide kanten van elke 11 cm. Laat voor de armsgaten bij 38–41–44 cm hoogte aan beide kanten 5 steken onbewerkt. Laat bij 50–54–58 cm hoogte voor de hals de middelste 28–29–32 steken onbewerkt en haak aan beide kanten hiervan nog 2 toeren. Hecht af.

Linker voorpand: Haak 12–15–17 lossen en haak hierop telpatroon 1. Haak voor de ronding aan het einde van de 1e toer (= linkerkant) 5 lossen en haak hierop in de teruggaande toer patroon. Meerder op deze manier nog 4 x 5 steken in elke 2e toer (= 37–40–42 steken). Minder aan de zijnaad net als bij het rugpand. Minder bij 38–41–44 cm hoogte voor de hals aan de linkerkant 14–15–16 x 1 steek in elke toer. Minder naast de kantsteek. Haak tot dezelfde hoogte als het rugpand en hecht af.

Rechter voorpand: Haak het linker voorpand in spiegelbeeld.

Mouwen: Haak 37–37–42 lossen en haak hierop telpatroon 1. Meerder voor de mouwwijdte 9–11–10 x 1 steek aan beide kanten van elke 3e toer. Haak tot 26–29–32 cm hoogte en hecht af.

Afwerking: Haak langs de onderkant van de mouwen 37–37–43 steken telpatroon 2, 4 toeren hoog. Hecht af. Sluit de schoudernaden. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit de mouw- en zijnaden. Haak langs het gehele vest 1 toer vasten (20 vasten per 10 cm, op de rondingen wat meer) en 2 toeren telpatroon 2. Haak op 24–25–27 cm hoogte 5 cm hoge lusjes voor het lint, op elk voorpand in het midden één en 2 op het achterpand.