Herentrui van Zuiderzee

Materiaal: Scheepjes Zuiderzee blauw (2) 7–8–8 strengen, breinaalden nummer 4½ met en zonder knop.

Stekenverhouding: 19 steken en 24 naalden in averechte tricotsteek en 19 steken en 28 naalden in gerstekorrelsteek gebreid, zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.

Gebruikte steken:

Boordsteek: Afwisselend 2 steken recht en 2 steken averecht.

Gerstekorrelsteek:
1e naald: Afwisselend 1 steek recht en 1 steek averecht.
Alle volgende naalden recht boven averecht, averecht boven recht.

Kabel A, B en C: Brei volgens teltekening. Alleen de heengaande naalden zijn aangegeven, de teruggaande naalden breien zoals de steken zich voordoen. X = averecht, open ruitje = recht, / (lang) = 6 steken naar rechts kabelen: Zet 3 steken op een hulpnaald achter het werk, brei de volgende 3 steken recht, dan de 3 steken van de hulpnaald recht breien, \ (lang) = 6 steken naar links kabelen: Zet 3 steken op een hulpnaald voor het werk, brei de volgende 3 steken recht, dan de 3 steken van de hulpnaald recht breien, trapje naar rechts = 2 steken recht rechts kruisen: Brei de 2e steek voor de 1e steek langs recht, brei de 1e steek recht en laat beide steken afglijden, \ (links) = 4 steken naar links kabelen: Zet 2 steken op een hulpnaald voor het werk, brei de volgende 2 steken recht, dan de 2 steken van de hulpnaald recht breien, \x = 3 steken naar links kabelen: Zet 2 steken op een hulpnaald voor het werk, brei de volgende steek averecht, dan de 2 steken van de hulpnaald recht breien, x/ = 3 steken naar rechts kabelen: Zet 1 steek op een hulpnaald achter het werk, brei de volgende 2 steken recht, dan de steek van de kabelnaald averecht breien, trapje naar links = 2 steken naar links kruisen: Brei de 2e steek achter langs de 1e steek om recht, brei de 1e steek recht en laat beide steken afglijden.

Averechte tricotsteek: Averecht op de goede, recht op de verkeerde kant.

Werkwijze:
Rugpand: Zet 100–108–116 steken op en brei 6 cm boordsteek, begin de 1e naald op de verkeerde kant met 2 steken averecht, 2 steken recht, enzovoorts Brei verder in gerstekorrelsteek. Kant bij 45–44–43 cm hoogte voor de armsgaten aan beide kanten 3 steken af, aan beide kanten van de volgende 2e naald 2 steken en aan beide kanten van de daaropvolgende 2e naald nog 1 steek. Kant bij 64 cm hoogte voor de hals de middelste 22 steken af en brei beide kanten apart verder. Kant in de 2e volgende naald aan de halskant nog 8 steken af. Kant bij 66 cm hoogte de overige 23–27–31 steken voor de schouders af.

Voorpand: Zet 98–106–120 steken op en brei de 1e naald op de verkeerde kant in de volgende indeling: 10–14–14 steken boordsteek (begin met 2 steken averecht), 10 steken kabel C (begin met de 6e naald op de teltekening), 10–10–14 steken boordsteek (begin met 2 steken averecht), 2 steken averecht (dit zijn 2 naar links gekruiste steken), 34 steken boordsteek (begin met 2 steken recht), 2 steken averecht (dit zijn 2 naar rechts gekruiste steken), 10–10–14 steken boordsteek (begin met 2 steken averecht), 10 steken kabel A (begin met de 6e naald op de teltekening), 10–14–14 steken boordsteek (begin met 2 steken averecht. Brei in deze indeling tot 6 cm hoogte. Brei hierna verder in de volgende indeling: Meerder boven de 10–14–14 steken boordsteek tot 12–14–16 steken en brei deze steken in gerstekorrelsteek, 10 steken kabel A, meerder boven de 10–10–14 steken boordsteek tot 11–13–15 steken en brei deze steken in averechte tricotsteek, meerder in het midden van de volgende 38 steken tot 40 steken en brei op deze steken teltekening B, meerder tussen de volgende 10–10–14 steken boordsteek tot 11– 13–15 steken en brei deze steken in averechte tricotsteek, 10 steken kabel C, meerder tussen de laatste 10–14–14 steken tot 12–14–16 steken en brei deze steken in gerstekorrelsteek, = 106–114–122 steken totaal. Kant bij 40 cm hoogte voor de kraag de middelste 34 steken af, hierbij verdeeld 4 x 2 steken samen breien. Brei beide kanten apart verder, de gekruiste steken worden doorgebreid. Minder aan de halskant 7x in elke 8e naald aan de halskant 1 steek. Minder als volgt: Voor de 2 gekruiste steken 2 steken samen breien, na de 2 gekruiste steken 2 steken verdraaid averecht samen breien. Kant bij 45–44–43 cm hoogte voor de armsgaten af als bij het rugpand. Kant bij 66 cm hoogte de overige 23–27–31 steken af voor de schouders.

Mouwen: Zet 46 steken op en brei 6 cm boordsteek, meerder in de laatste teruggaande naald tot 46–48–50 steken. Brei verder in gerstekorrelsteek en meerder voor de mouwwijdte 12–13–14x aan beide kanten van elke 8e naald 1 steek, = 70–74–78 steken. Kant bij 51 cm hoogte voor de mouwkop aan beide kanten 3 steken af en aan beide kanten van elke volgende 2e naald nog 1 x 2, 7 x 1, 1 x 2 en 1 x 3 steken. Kant de overige 36–40–44 steken af.

Afwerking: Sluit de schoudernaden. Neem met naalden zonder knop langs de hals 198 steken op en brei in heen– en teruggaande naalden 16 cm boordsteek. Kant soepel in boordsteek af. Leg de kraag links over rechts en naai de zijkanten aan het midden van het voorpand. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit de mouw- en zijnaden.