Damesvest van Stone Washed

Materiaal: Scheepjes Stone Washed Beige (804) 8–9–9 bollen. Breinaald nummer 3½ en haaknaald nummer 3.

Stekenverhouding: 24 steken en 36 naalden in ribbelsteek gebreid met naalden 3½, is 10 x 10 cm. 24 steken en 32 naalden in dubbele gerstekorrel gebreid met naalden 3½, is 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.

Gebruikte steken:

Patroonsteek:
Brei 1 kantsteek aan iedere kant van elke naald.
1e naald (goede kant): Brei alle steken recht.
2e naald (verkeerde kant): 1 kantsteek, *1 steek averecht, brei 1 steek recht in de steek onder de steek op de naald*, herhaal van *–* (als het aantal steken oneven is, eindigt u met een averechte steek) en een kantsteek. Herhaal naald 1 en 2.

Ribbelsteek: Alle naalden recht.

Tricotsteek: Recht op de goede, averecht op de verkeerde kant.

Dubbele gerstekorrelsteek:
1e naald: Afwisselend 1 steek recht en 1 steek averecht.
2e naald: Recht boven recht, averecht boven averecht.
3e naald: Recht boven averecht, averecht boven recht.
4e naald: Recht boven recht, averecht boven averecht.
Herhaal deze 4 naalden.

Werkwijze:

Rugpand: Zet met naalden 3½ 102–112–122 steken op. Brei in patroonsteek tot een hoogte van 13 cm. Brei 2 naalden tricotsteek, de volgende naald (aan de goede kant van het werk) als volgt: 3 steken recht, *1 overhaling, 2 steken samen breien, 4 steken recht, herhaal vanaf * tot het eind van de naald, 2 naalden tricotsteek. Brei verder in ribbelsteek. Meerder vanaf hier 5 x 1 steek aan beide kanten in elke 26e naald. Bij een totale hoogte van 56 cm voor de hals de middelste 46 steken afkanten en brei beide kanten apart verder. Kant aan de halskant in elke volgende 2e naald nog 2 x 2 steken af. Kant gelijktijdig voor de schouder 2 x 10–12–14 en 1 x 9–10–11 steken af.

Rechter voorpand: Zet met naalden 3½ 42–46–50 steken op. Brei hetzelfde als bij het rugpand tot en met de laatste 2 naalden tricotsteek. Ga verder in ribbelsteek. Meerder aan de zijnaad zoals bij het rugpand. Minder middenvoor 18–17–16 x 1 steek in elke 8e – om en om 8e en 10e – om en om 8e en 10e naald. Kant voor de schouder op dezelfde wijze en op dezelfde hoogte steken af zoals bij het rugpand.

Linker voorpand: Brei spiegelbeeld van het rechter voorpand.

Sluitbies/kraag: Zet 30 steken op met naalden 3½ en brei dubbele gerstekorrel. Brei tot een totale lengte van ongeveer 140 cm. Kant de steken in patroon af.

Afwerking: Sluit de schoudernaden.Neem voor de mouwboordjes met naalden 3½ aan weerszijden van de schoudernaad over 42–44–46 cm breedte totaal, circa 100–105–110 steken op en brei met dubbele gerstekorrel een boord. Kant de steken in patroon af bij een hoogte van 3 cm. Naai de sluitbies / kraag aan. Begin aan een voorpand en via de hals naar het andere voorpand. Sluit de zijnaden. Haak voor de ceintuur een koord van lossen. Haak tot 2x de gewenste lengte. Kant af. Draai het koord een kant op, hang een schaar in het midden van het koord. Als het koord voldoende gedraaid is, beide uiteinden vastpakken en het koord in elkaar laten draaien door het hoog te houden. Knip het koord door bij de schaar en maak een knoopje in de uiteinden. Rijg het koord door de gaatjes.