Categorie | Vrouwen |
Aanbevolen garen | Cotton 8 |
Type | Vest |
Techniek | breien x haken |
Maten | 36/38 – 40/42 – 44/46 |
Damesvest van Cotton 8
By ScheepjesMateriaal: Scheepjes Cotton 8 wit (502) 6–7–7 bollen, breinaalden nummer 3, haaknaald nummer 3.
Stekenverhouding: 28 steken en 40 naalden in ajourpatroon gebreid, zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.
Gebruikte steken:
Ajourpatroon: Brei volgens teltekening. Alleen de heengaande naalden zijn aangegeven, de teruggaande naalden averecht breien. Open hokje = recht, o = omslag, > = 2 steken recht samenbreien, < = overhaling (= 1 steek afhalen, 1 recht en de afgehaalde steek overhalen), ^ = dubbele overhaling (= 1 steek afhalen, 2 recht samenbreien en de afgehaalde steek overhalen).
Gehaakte afwerkrand:
1e toer: Vasten.
2e toer: *3 vasten, 3 lossen, 3 vasten overslaan, herhaal vanaf *.
3e toer: *1 vaste op de middelste van de 3 vasten, haak in het boogje van lossen: 2 stokjes, 2 dubbele stokjes, 2 stokjes, herhaal vanaf *.
Werkwijze:
Rugpand: Zet 105–117–123 steken op en brei 1 naald averecht op de verkeerde kant en verder in ajourpatroon. Meerder aan de zijkanten 6 x 1 steek in elke 10e naald. Kant bij 20 cm hoogte voor de armsgaten 1 x 3, 2 x 2 en 2 x 1 steken af aan beide kanten van elke 2e naald. Kant bij 36–37–38 cm hoogte voor de hals de middelste 35–37–39 steken af en brei beide kanten apart verder. Kant aan de halskant nog 2 x 5 steken af in elke 2e naald. Kant bij 38–39–40 cm hoogte de overige 22–27–29 steken af voor de schouders.
Rechter voorpand: Zet 27–33–39 steken op en brei 1 naald averecht op de verkeerde kant en verder in ajourpatroon. Zet aan het einde van de 1e naald voor de ronding 6 steken op de naald erbij. Zet aan het einde van elke 2e naald nog 1 x 6, 2 x 3 en 3 x 1 steken op de naald erbij en 3 x 1 steek aan het einde van elke 6e naald. Meerder en minder aan de zijnaad als bij het rugpand. Minder bij 11 cm hoogte voor de hals 26–27–31 x 1 steek aan het begin van elke: 4e naald voor maat 36/38, 4e naald voor maat 40/42 en afwisselend elke 2e en 4e naald voor maat 44/46. Minder na de kantsteek door een overhaling. Kant de steken voor de schouder op dezelfde hoogte af als bij het rugpand.
Linker voorpand: Brei het rechter voorpand in spiegelbeeld. Minderingen voor de hals: voor de kantsteek 2 steken recht samenbreien.
Mouwen: Zet 69–69–75 steken op en brei 1 naald averecht op de verkeerde kant en verder in ajourpatroon. Meerder voor de mouwwijdte 14–16–16 x 1 steek aan beide kanten van elke 8e naald. Kant bij 34 cm hoogte voor de mouwkop 1 x 3, 2 x 2, 9 x 1 en 2 x 3 steken af aan beide kanten van elke 2e naald. Kant de overige steken af.
Afwerking: Sluit de schoudernaden. Haak langs de onderkant van de mouwen een afwerkrand. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit de mouw- en zijnaden. Haak langs het gehele vest een afwerkrand.