Damestuniek van Hannah

Materiaal: Scheepjes Hannah rood (7) 1–1–2 bollen, breinaalden nummer 5–6 met en zonder knop.

Stekenverhouding: 13 steken en 16 naalden in tricotsteek gebreid, zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.

Gebruikte steken:

Ribbelsteek: Alle naalden recht.

Tricotsteek: Recht op de goede, averecht op de verkeerde kant.

Werkwijze:

Rugpand: Zet 74–80–86 steken op en brei 9 naalden ribbelsteek. Brei verder in tricotsteek en minder vanaf de ribbelsteek 9x aan beide kanten van elke 7e naald 1 steek, = 56–62–68 steken. Kant bij 65½ cm hoogte voor de hals de middelste 14 steken af en brei beide kanten apart verder. Kant in de 2e volgende naald aan de halskant nog 6 steken af. Kant bij 68 cm hoogte de overige 15–18–21 steken af voor de schouders.

Voorpand: Brei als het rugpand tot 62 cm hoogte. Kant voor de hals de middelste 14 steken af en brei beide kanten apart verder. Kant in elke volgende 2e naald aan de halskant nog 1 x 3, 1 x 2 en 1 x 1 steken af. Kant de overige 15–18–21 steken voor de schouders op dezelfde hoogte af als bij het rugpand.

Mouwen: Zet 40–40–42 steken op en brei ribbelsteek. Minder 5x aan beide kanten van elke 3e naald 1 steek. Brei na 9 naalden ribbelsteek verder in tricotsteek. Meerder voor de mouwwijdte vanaf 10 cm hoogte 9–11–11x aan beide kanten van elke 6e–5e–5e naald 1 steek, = 48–52–54 steken. Kant bij 48 cm hoogte alle steken losjes af.

Afwerking: Sluit de schoudernaden. Neem met naalden zonder knop rond de hals 63 steken op en brei 6 cm tricotsteek in het rond. Kant soepel af. Neem met naalden zonder knop aan de binnenkant van de hals, op de opzetsteken van het eerste boord 74 steken op en brei 9 cm tricotsteek in het rond. Kant soepel af. Laat de boordjes naar buiten omrollen. Zet de mouwen aan over een breedte van 36–38–40 cm, met de schoudernaad in het midden. Sluit de mouw- en zijnaden.