Damestrui van Stone Washed XL

Materiaal: Scheepjes Stone Washed XL oranje (856) 10–11–12 bollen, breinaalden nummer 5 met en zonder knop, 2 steek markeerders.

Stekenverhouding: 14 steken en 19 naalden zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.

Gebruikte steken:

Boordsteek: Afwisselend 1 steek recht en 1 steek averecht.

Averechte tricotsteek: Averecht op de goede, recht op de verkeerde kant.

Nop: (1 recht,1 averecht, 1 recht, 1 averecht, 1 recht) uit 1 steek breien, keren, brei deze 5 steken averecht, keren, zet de steken op de rechtse naald, dan na elkaar de 2e, 3e, 4e,en 5e steek over de eerste steek trekken, brei de laatste steek recht door de achter lus.
Het patroonblok gaat over 19 steken en 28 naalden, maar met een variabel stekenaantal tussen de steek markeerders.

Patroon: Deze steken vormen de blaadjes, en wisselen in stekenaantal:
Toer 1: 6 averecht, [1 omslag, 1 recht, 1 omslag], 2 averecht, [1 recht], 9 averecht.
Toer 2: 9 recht, [1 averecht], 2 recht, [3 averecht], 6 recht.
Toer 3: 6 averecht, [1 recht, 1 omslag, 1 recht, 1 omslag, 1 recht], 2 averecht, [1 recht], 9 averecht.
Toer 4: 9 recht, [1 averecht], 2 recht, [5 averecht], 6 recht.
Toer 5: 6 averecht, [5 recht], 2 averecht, [1 recht], 9 averecht.
Toer 6: 9 recht, [1 averecht], 2 recht, [5 averecht], 6 recht.
Toer 7: 6 averecht, [3 recht, 2 samen breien], 2 averecht, [1 steek op kabelnaald voor het werk, brei 1 steek recht en 1 steek averecht, dan de steek van de kabelnaald recht breien], 7 averecht.
Toer 8: 7 recht, [1 averecht, 1 recht, 1 averecht], 2 recht, [4 averecht], 6 recht.
Toer 9: 6 averecht, [2 recht, 2 samen breien],2 averecht, [1 steek op kabelnaald voor het werk, brei 1 steek recht, dan steek van kabelnaald recht breien, 1 steek op kabelnaald voor het werk, brei 2 steken averecht, brei steek van kabelnaald recht], 5 averecht.
Toer 10: 5 recht, [1 averecht, 2 recht, 2 averecht], 2 recht, [3 averecht], 6 recht.
Toer 11: 6 averecht, [1 recht, 2 samen breien], 2 averecht, [1 steek op kabelnaald voor het werk, brei 2 steken averecht, brei steek van kabelnaald recht, 1 averecht, 1 steek op kabelnaald voor het werk, brei 2 steken averecht, brei steek van kabelnaald recht], 1 averecht, 1 nop, 1 averecht.
Toer 12: 3 recht, [1 averecht, 3 recht, 1 averecht, 1 recht, 1 averecht], 2 recht. [2 averecht], 6 recht.
Toer 13: 6 averecht, [2 samen breien], 2 averecht, [1 recht, 1 averecht, 1 steek op de kabelnaald voor het werk, brei 1 steek averecht, dan de steek van de kabelnaald recht breien, 2 averecht, 1 nop, 2 averecht, 1 nop.
Toer 14: 6 recht, [1 averecht], 2 recht, [1 averecht], 2 recht, [1 averecht], 6 recht.
Toer 15: 9 averecht, [1 recht], 2 averecht, [1 omslag, 1 recht, 1 omslag], 6 averecht.
Toer 16: 6 recht, [3 averecht], 2 recht, [1 averecht], 9 recht.
Toer 17: 9 averecht, [1 recht], 2 averecht, [1 recht, 1 omslag, 1 recht, 1 omslag, 1 recht], 6 averecht.
Toer 18: 6 recht, [5 averecht], 2 recht, [1 averecht], 9 recht.
Toer 19: 9 averecht, [1 recht], 2 averecht, [5 recht], 6 averecht.
Toer 20: 6 recht, [5 averecht], 2 recht, [1 averecht], 9 recht.
Toer 21: 7 averecht [2 steken op kabelnaald achter het werk, 1 recht, brei dan van de kabelnaald de eerste steek averecht en de tweede steek recht], 2 averecht, [2 steken samen breien door de achter lussen, 3 recht, 6 averecht.
Toer 22: 6 recht, [4 averecht], 2 recht, [1 averecht, 1 recht, 1 averecht] 7 recht.
Toer 23: 5 averecht, [2 steken op de kabelnaald achter het werk, brei 1 steek recht, brei de 2 steken van de kabelnaald averecht, 1 steek op de kabelnaald achter het werk, brei 1 steek recht, brei steek van de kabelnaald recht], 2 averecht, [2 steken samen breien door de achter lussen, 2 recht], 6 averecht.
Toer 24: 6 recht, [3 averecht], 2 recht, [2 averecht, 2 recht, 1 averecht]5 recht.
Toer 25: 1 averecht, 1 nop, 1 averecht, [2 steken op de kabelnaald achter het werk, brei 1 steek recht, brei de 2 steken van de kabelnaald averecht, 1 averecht, 1 steek op kabelnaald achter het werk, brei 1 steek recht, dan de steek van de kabelnaald averecht breien, 1 recht], 2 averecht, [2 steken samen breien door de achter lussen, 1 recht] 6 averecht.
Toer 26: 6 recht, [2 averecht], 2 recht, [1 averecht, 1 recht, 1 averecht, 3 recht, 1 averecht], 3 recht.
Toer 27: 1 nop, 2 averecht, 1 nop, 2 averecht, 1 steek op kabelnaald achter het werk, brei 1 steek recht, dan de steek van de kabelnaald averecht breien, 1 averecht, 1 recht, 2 averecht, [2 samen breien door de achter lussen], 6 averecht.
Toer 28: 6 recht, 1 averecht, 2 recht, 1 averecht, 2 recht, 1 averecht, 6 recht.
Herhaal toer 1-28.

Werkwijze:

Rugpand: Zet 62–68–74 steken op. Brei 8 cm boordsteek en brei verder in averechte tricotsteek tot een hoogte van 59–58–57 cm. Kant voor de armsgaten aan weerszijden af: 1 x 3 steken en dan in elke 2e naald 1 x 2 en 2 x 1 steek. Brei door tot een hoogte van 76 cm. Kant voor de hals de middelste 24–28–32 steken af. Brei elk deel apart verder voor de schouders. Minder dan aan weerszijden van de halszijde in elke 2e toer nog 2 x 1 steek. Kant de overige steken af op een hoogte van 78 cm.

Voorpand: Zet 62–68–74 steken op. Brei 8 cm boordsteek en minder in de laatste naald 1 steek. Brei in de heengaande naald: 21–24–27 steken averecht tricotsteek, plaats markeerder, brei 19 steken volgens patroonblok, plaats een markeerder en brei vervolgens de laatste 21–24–27 steken in averechte tricotsteek. Teruggaande naald: Brei tot de steek markeerder, brei dan de volgende toer in het patroonblok tot de steek markeerder, en brei de naald uit. Brei tussen de markeerders verder het patroonblok met aan beide kanten averechte tricotsteek. Brei de armsgaten op dezelfde hoogte als bij het rugpand. Brei door tot een hoogte van 73 cm. Kant voor de hals de middelste 19–23–27 steken af en brei beide delen apart verder. Kant in elke 2e naald aan weerszijden van de hals 4 x 1 steek af. Kant op een totale hoogte van 78 cm de overige steken af.

Mouwen: Zet 36–40–44 steken op en brei 6 cm boordsteek. Brei verder in averechte tricotsteek en meerder voor de mouwwijdte in elke 5e naald aan weerszijden 8 x 1 steek. Minder op een hoogte van 28½–29½–30½ cm voor de mouwkop aan weerszijden 1 x 3 en dan in elke 2e naald 1 x 2 en 2 x 1 steek. Kant op een totale hoogte van 32–33–34 cm de overige steken af.

Afwerking: Sluit de schoudernaden. Neem met breinaalden zonder knop ongeveer 72–76–80 steken op langs de hals en brei 10 toeren in boordsteek. Kant de steken losjes in boordsteek af. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit de mouw- en zijnaden.