Categorie | Vrouwen |
Aanbevolen garen | Softfun |
Type | Trui |
Techniek | breien x haken |
Maten | 36/38 - 40/42 - 44/46 |
Damestrui van Softfun
By ScheepjesMateriaal: Scheepjes Softfun donkerblauw (2463) 2–3–3 bollen, wit (2412) 4–5–5 bollen, groen (2516) 1–2–2 bollen, haaknaald en breinaalden met en zonder knop nummer 3½.
Stekenverhouding: 4 boogjes in patroonsteek gehaakt zijn 9 cm breed en 12 toeren zijn circa 10 cm hoog. Controleer dit en gebruik indien nodig een andere haaknaald.
Gebruikte steken:
Boordsteek: Afwisselend 2 steken recht en 2 steken averecht.
Patroonsteek: 1e toer: Hecht aan op de eerste steek van de afgekante steken, *5 lossen, 4 steken overslaan, 1 vaste, herhaal vanaf *. In de volgende toeren: 5 lossen voor het keren, dan *1 vaste in het boogje van de 5 lossen van de vorige toer, 5 lossen, herhaal vanaf *, eindig de toer met 1 vaste op de 3e losse.
Streeppatroon: 8 toeren wit, 8 toeren donkerblauw, 5 toeren groen, 8 toeren wit, 8 toeren donkerblauw, 5 toeren groen, 8 toeren wit en verder met donkerblauw.
Werkwijze:
Rugpand: Zet met wit 98–106–114 steken op de breinaalden en brei 4 cm boordsteek. Kant in boordsteek af. Haak verder in patroonsteek en streeppatroon, hierbij 3–5–7x in de eerste toer 3 steken overslaan in plaats van 4. Er zijn nu 20–22–24 boogjes. Minder bij 37 cm hoogte voor de armsgaten aan beide kanten 2 boogjes en 2x aan beide kanten van elke volgende toer 1 boogje. Haak verder tot 50–51–52 cm hoogte. Laat voor de hals de middelste 4 boogjes onbewerkt en haak beide kanten apart verder. Minder nog 3x in elke volgende toer aan de halskant 1 boogje. Haak tot 54–55–56 cm hoogte en hecht af.
Voorpand: Brei en haak als bij het rugpand maar begin voor de hals bij 46–47–48 cm hoogte. Laat hiervoor de middelste 4 boogjes onbewerkt en haak beide kanten apart verder. Minder nog 3x in elke volgende toer aan de halskant 1 boogje. Haak tot dezelfde hoogte als bij het rugpand.
Mouwen: Zet met wit 46 steken op de breinaalden en brei 4 cm boordsteek. Kant in boordsteek af. Haak verder in patroonsteek in streeppatroon, hierbij in de eerste toer afwisselend 5 x 3 en 5 x 4 steken overslaan, = 10 boogjes. Meerder voor de mouwwijdte 5 x 1 boogje aan het begin van elke 9e–6e–7e toer. Meerder afwisselend aan de linker- en aan de rechterkant van de mouw, = 15–16–17 boogjes. Minder bij 45 cm hoogte voor de mouwkop aan beide kanten 2 boogjes, aan beide kanten van de volgende toer 1 boogje en 3x aan beide kanten van een volgende 3e toer 1 boogje. Hecht af.
Afwerking: Sluit de schoudernaden. Neem met breinaalden zonder knop en wit rond de hals 128 steken op en brei 4 cm boordsteek. Kant in boordsteek af. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit de mouw– en zijnaden.