Categorie | Vrouwen |
Aanbevolen garen | Ambiance |
Type | Jas |
Techniek | breien |
Maten | 36/38 - 40/42 - 44/46 |
Damesjas van Ambiance
By ScheepjesMateriaal: Scheepjes Ambiance bruin (177) 12–13–14 bollen, 1 sluiting, breinaalden nummer 7, lange rondbreinaald nummer 7.
Stekenverhouding: 11 steken en 15 naalden in tricotsteek gebreid, zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.
Gebruikte steken:
Boordsteek: Afwisselend 2 steken recht en 2 steken averecht.
Ajourruit: Brei volgens teltekening. Alleen de heengaande naalden zijn aangegeven, de teruggaande naalden breien zoals de steken zich voordoen, de omslagen averecht breien. o = omslag, open hokje = recht, x = averecht, > = 2 steken recht samenbreien, < = overhaling (= 1 steek afhalen, 1 steek recht en de afgehaalde steek overhalen), ^ = 1 steek afhalen, 2 steken recht samenbreien en de afgehaalde steek overhalen.
Tricotsteek: Recht op de goede, averecht op de verkeerde kant.
Kabel linker voorpand: Brei volgens teltekening 2. Alleen de heengaande naalden zijn aangegeven, de teruggaande naalden breien zoals de steken zich voordoen. X = averecht, open hokje = recht, = zet 3 steken op een hulpnaald achter het werk, brei de volgende 3 steken recht, dan de 3 steken van de hulpnaald recht breien.
Kabel rechter voorpand: Als linker voorpand, maar brei teltekening 3, = zet 3 steken voor het werk, brei de volgende 3 steken recht, dan de 3 steken van de hulpnaald recht breien.
Werkwijze:
Rugpand: Zet 62–66–70 steken op en brei 3 naalden boordsteek. Brei verder in de volgende indeling: 2–3–4 steken tricotsteek, 1 ajourruit, 2–3–4 steken tricotsteek, 1 ajourruit, 2–3–4 steken tricotsteek, 1 ajourruit, 2–3–4 steken tricotsteek. Minder vanaf 24 cm hoogte voor de taille 7 x 1 steek aan beide kanten van afwisselend elke 4e en 6e naald. Na de laatste naald van de teltekening tussen elke 2 ruiten met een nieuwe ruit beginnen, er komen dus 2 ruiten in plaats van 3. Brei na de laatste naald van deze ruiten verder in tricotsteek, = 49 cm hoogte. Meerder 2 x 1 steek aan beide kanten van elke 6e naald. Kant bij 61 cm hoogte voor de armsgaten aan beide kanten 1 x 2 steken af. Minder hierna 9 x 1 steken aan beide kanten van elke 4e naald. Minderingen aan de rechterkant: 1 kantsteek, 1 overhaling. Minderingen aan de linkerkant: de laatste 2 steken voor de kantsteek recht samenbreien. Kant bij 84–85–86 cm hoogte de overige steken af.
Linker voorpand: Zet 42–42–46 steken op en brei 3 naalden boordsteek, meerder in de laatste teruggaande naald 2 steken voor maat 40/42, = 42–44–46 steken. Brei verder als het rugpand, er komen nu 2 ruiten. Boven deze 2 ruiten komt 1 ruit in het midden. Minder en meerder aan de zijnaad als bij het rugpand. Brei bij 49 cm hoogte, na de laatste naald van de teltekening in de volgende indeling: 6–7–8 steken tricotsteek, 13 steken kabel volgens teltekening 2, brei de naald uit in tricotsteek. Minder aan de halskant afwisselend 4 x 1 steek in elke 4e naald en 16 x 1 steek in elke 2e naald. Brei voor een mindering de laatste 2 steken voor de kantsteek recht samen. Minder bij 61 cm hoogte voor het armsgat als bij het rugpand. Als de kabel circa 15 cm hoog is wordt er daarna niet meer gekabeld, de baan wel doorbreien in rechte en averechte steken. Kant bij 84–85–86 cm hoogte de overige steken af.
Rechter voorpand: Brei het linker voorpand in spiegelbeeld en brei de kabel volgens teltekening 3.
Mouwen: Zet 22–26–26 steken op en brei 12 cm boordsteek, meerder of minder in de laatste teruggaande naald tot 24–24–26 steken. Brei verder in tricotsteek en meerder voor de mouwwijdte 9–10–11 x 1 steek aan beide kanten van elke 5e–5e–4e naald. Kant bij 48 cm hoogte voor de mouwkop aan beide kanten 1 x 2 steken af. Minder hierna nog 15–16–17 x 1 steek aan beide kanten van elke 2e naald. Kant bij 68–69–70 cm hoogte de overige 8 steken af.
Afwerking: Sluit de schoudernaden. Neem met de rondbreinaald langs de voorpanden en hals steken op (12 steken per 10 cm en deelbaar door 4 + 2) en brei 1 naald boordsteek. Brei voor de kraag in verkorte toeren als volgt: Brei boordsteek langs voorpand, hals, de schuine kant aan de andere kant tot de 1e mindering van de schuine kant, keer, maak een omslag en brei boorsteek terug tot de 1e mindering aan de andere schuine kant, keer, maak een omslag en brei terug. Brei in iedere toer steeds 7 steken aan beide kanten minder tot er 6x gekeerd is totaal. Brei de toer uit en brei over alle steken nog een toer, hierbij de omslagen met de volgende of vorige steek samenbreien (= op goede kant werk aan de rechterkant de omslag met de steek ervoor samenbreien, aan de linkerkant de omslag met de volgende steek samenbreien). Kant op de goede kant in rechte steken af. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit de mouw- en zijnaden. Naai op de voorpanden boven de laatste ruit een sluiting.